Doelgroepen

Sprankel richt zich op normaal begaafde kinderen en jongeren met leerproblemen en leerstoornissen. We hebben ook oog voor de kansen en uitdagingen die jongvolwassenen ervaren in het hoger onderwijs en op de arbeidsmarkt.

Sprankel richt zich op vier grote doelgroepen:
 

Kinderen met een specifiek probleem rond lezen en spellen


Ze presteren op alle andere schoolse vakken overeenkomstig hun verstandelijke begaafdheid, maar zijn opvallend zwak in lezen en spellen. Vaak hebben ze ook moeite met het leren van vreemde talen. In een extreme en hardnekkige vorm spreken we van dyslexie.
 

Kinderen met een specifiek probleem rond rekenen


Ze presteren normaal, in overeenstemming met hun begaafdheid, maar zijn opvallend zwakker in rekenvaardigheden en rekeninzicht. In een extreme en hardnekkige vorm spreken we van dyscalculie.
 

Kinderen met concentratieproblemen


Ze hebben moeite met leren doordat ze zich moeizaam en onvoldoende lang kunnen concentreren. Dyslexie of dyscalculie kunnen op zich al de duur en inzet van de concentratie aantasten. Bijkomende stoornissen als ADHD of ADD komen soms pas na verloop van tijd aan de oppervlakte. Bepaalde aandoeningen zoals epilepsie kunnen de aandacht aantasten en worden dus beter tijdig vastgesteld.
 

Kinderen met algemene leerproblemen


Ze presteren vaak zwak over de hele lijn. Ze hebben moeite om het tempo op school en in de klas te volgen en de leerstof voldoende onder de knie te krijgen. Het gaat om traag lerende kinderen die randbegaafd zijn, maar geen verstandelijke beperking hebben.